Temidden van de geopolitieke turbulentie die ontstaan is rondom de opkomst van China, is ook vaak gevraagd naar de culturele en innovatieve krachten; de zogeheten Chinese soft power. Zonder dat het boek Beauty and the East hier expliciet naar verwijst of een leidraad biedt, geeft het wel een inkijk in de wereld van vooruitstrevende Chinese architectuur, niet zozeer gericht op economisch prestige, niet gericht op de megaschaal, maar juist op culturele eigenheid en quality of life.

Daarmee is het meteen een opvallend boek, omdat typisch Chinese omgevingen zoals hypermoderne vliegvelden en stations, dynamische downtowns en megawijken in dit boek ontbreken. De typische flats van beroemde ontwikkelaars zoals het Chinese Evergrande ontbreken in dit boek volledig. Dat geldt eveneens voor de soms geweldige architectuur van de Chinese luxe stadsmalls en de ongekende rijkdom aan gave hoogbouwprojecten. De institutionele en commerciële architectuur die vaak door grote Chinese design-institutes en corporporate architecten uit de mondiale jetset wordt ontworpen, ontbreekt.

UCCA Dune Art Museum, Qinhuangdao | Open Architecture, Photo Iwan Baan, Beauty and the East, gestalten 2021

Architectuur buiten de gebaande paden

Feitelijk gaat dit boek over de opkomst van de Chinese boutique architectuur. Architectuur die buiten de gebaande paden ontstaat in situaties van bijzonder opdrachtgeverschap en uitzonderlijke gedreven architecten, die zich inspannen om op een eigentijdse wijze Chinese waarden in projecten tot uitdrukking te brengen. Deze tegenbeweging, overwegend ontstaan in de late jaren 90 heeft inmiddels een flink aantal mondiaal erkende Chinese meesters voortgebracht.

Het boek begint met een essay van de beroemde Chinese architect Wang Shu. Hij wijst er nog maar eens even fijntjes op dat er in China  honderd steden zijn met meer dan een miljoen inwoners en duizend steden met meer dan 300.000 inwoners. Deze zijn in de afgelopen decennia allemaal op ongekende wijze gemoderniseerd, waarbij nagenoeg de volledige historische architectuur met bijbehorende expressie van Chinese culturele waarden vernietigd is.

De ongekende productie van snel gebouwde functionele dozen en torens noemt Wang de architectuur van de “haast”. Deze liefdeloze massaproductie van gebouwen heeft in China op alle niveaus geleid tot de constatering dat er duizend steden zijn met hetzelfde gezicht, en dat moderne architectuur die Chinese waarden belichaamt en deze op een eigentijdse manier tot uitdrukking brengt zeldzaam is. We herinneren ons allemaal de uitspraak van de Chinese leider Xi, dat het gedaan moest zijn met de rare gebouwen. Deze opmerking is hier in feite op te herleiden.

Het bekendste project, het knapste project en het mooiste project

Opera House, Harbin | MAD Architects, Photo Iwan Baan, Beauty and the East, gestalten 2021

In het boek komen een aantal prachtige projecten voorbij. Het bekendste project is ongetwijfeld het Operahuis in Harbin van de Chinese superster architect Ma Yansong van MAD architecten, die ook in Nederland bouwt en wiens superarchitectuur alom gezien wordt als een geweldig Chinees exportproduct. Het Opera House in Harbin is in zijn organische opzet en ongekende uitvoeringskwaliteit oogverblindend, maar de vraag bij Chinese culturele gebouwen is altijd: wat wordt er uitgevoerd of tentoongesteld en heeft het ook echt een constante maatschappelijk functie? De cynici beweren dat in China de vele nieuw opgeleverde culturele gebouwen vooral veel bezocht zijn vanwege bijvoorbeeld overvloedige airco op warme dagen.

Brugmuseum, Jingzhou | Atelier FCJZ, Photo Tian Fangfang, Beauty and the East, gestalten, 2021

Het knapste project in het boek is  wellicht het brugmuseum Jishou, bijzonder sympathiek beschreven door de architect FCJZ als mogelijkheid voor gewone mensen om kunst te kijken en te ervaren, tijdens het oversteken van een brug.  Dit project raakt bij alle Chinezen een snaar omdat het een krachtige aantrekkelijke moderniteit laat zien en tegelijkertijd refereert aan glorieuze sensibiliteit van de Chinese (cultuur)geschiedenis. Er zijn tijden geweest dat je in China geen vliegtuig kon nemen zonder dat dit project werd geprezen in de inflight magazines.

Long Museum, Shanghai | Atelier Deshaus, Photo Su Shengliang, Beauty and the East, gestalten 2021

Het mooiste project in dit boek is wat mij betreft het Long Museum aan de Westbund van atelier Deshaus, vlak bij mijn huis in het Xuhui district in Shanghai. Hier ben ik eindeloos vaak geweest met mijn dochter, familieleden en vrienden. Museumbezoek levert hier een bijna sacrale ervaring op, in de combinatie van een prachtig gebouw en rijke regelmatig wisselende tentoonstellingen. Gegeven de schitterende locatie van het Long museum aan de rivier was het ook altijd een startpunt met koffie voor een middagwandeling langs de nieuwe oevers van de Huangpu, vandaag de dag één van de meeste indrukwekkende stadswandelingen ter wereld.

Het boek Beauty and the East, uitgegeven door Gestalten Verlag, is een mooi boek voor de koffietafel en studeerkamer. Het biedt een rijke selectie aan mooi gefotografeerde projecten en voldoende diepgang in de begeleidende essays. Voor mensen die naar China gaan een inspirerende vooruitblik, en voor hen die zijn teruggekeerd een zoete herinnering.

Klik op de foto’s voor een grotere versie.

Beauty and the East – New Chinese Architecture | redactie door Gestalten Verlag | februari 2021 | 24 x 30 cm | 320 pag. | hardcover gebonden met signeersteek €49,90 | ISBN: 978-3-89955-872-2 | o.a. verkrijgbaar via de website van de uitgever