China Gothic is het levensverhaal van de Franse missionaris Alphonse Favier (1837-1905), die in een dorpje bij Dijon (Bourgondië) geboren werd en als bisschop van de Chinese hoofdstad Peking overleed.

Anthony E. Clarke, hoogleraar Chinese geschiedenis in de Amerikaanse kuststaat Oregon, heeft een bijzondere biografie van de Fransman geschreven – bijzonder vanwege het centrale thema, de bouw van hoge katholieke kerken in Chinese steden in de tweede helft van de negentiende eeuw.

Zeker na de tweede Opiumoorlog, die de binnenvallende Europese troepen in 1860 wisten af te sluiten met een dictaat – de voor Chinezen ‘ongelijke verdragen’ – kreeg het Westen de kans om zich overal in het keizerrijk te manifesteren. Er kwamen telegraafverbindingen, spoorlijnen, handelsposten, bierbrouwerijen, mijnen, missionarissen, noem maar op. Zelfs de douane werd door een Europeaan beheerd.

Chinees verzet tegen deze gang van zaken pakte nogal eens averechts uit. Keer op keer werden zeer hoge boetes en sancties door de Europeanen opgelegd aan de overheid.

Auteur Anthony E. Clarke

Katholieke en Franse belangen in China

Alphonse Favier groeide op in het tijdperk na de Franse Revolutie. Het katholieke geloof bloeide weer. Dat ging gepaard met een bewondering voor de middeleeuwen, Maria, middeleeuwse Franse bouwwerken en gothische kathedralen. Tijdens zijn in Parijs (1858-1861) verbleef Alphonse in een omgeving waar de Chinese missie, de verering van Maria en de bouw van kerken een belangrijke plaats innam.

Kort na het vastleggen van de voor Chinezen zo vernederende verdragen, stapte Favier als missionaris op de boot naar het verre oosten. Op 14 juli 1862 arriveerde hij in Peking, waar kort daarvoor Franse troepen hadden huisgehouden. Om hun overwinning te vieren was er een militaire plechtigheid geweest bij de heropening van de zuidelijke kerk in de hoofdstad.

De toenmalige bisschop, Joseph Mouly (1807-1868), verbond katholieke en Franse belangen, wordt in het boek duidelijk gemaakt:

“He ordered the façade adorned with the blue, white and red French tricolor, and amid general emotion he invoked heaven’s blessings: ‘God save our emperor Napoleon [III]!’

The band of France’s 101st regiment accompanied the bishop’s enthusiastic pronounce­ment. This was the very regiment that had just destroyed the imperial Sum­mer Palace in an act of Western national vengeance against China”.

De bouw van kathedralen in China

Veel Chinezen ergerden zich aan de katholieke gebouwen die overal neergezet werden. Bij een opstand tegen het Franse optreden in Tianjin (1870), in de westerse geschiedschrijving aangeduid als ‘het bloedbad van Tianjin’, werd de lokale kerk dan ook verwoest. Favier speelde een belangrijke rol bij de herbouw van de kathedraal – op kosten van de keizerlijke regering.

Voor zijn aanpak ontving de missionaris waardering van de in het nauw gedreven autoriteiten. Een Britse bezoeker omschreef de actieve pater als:

‘The finest specimen of a priest I have ever met, a beau sabreur [knappe zwaardvechter] of the Church, who wears Chinese dress and his hair in a queue, who speaks Chinese perfectly, who has even been decorated with a sapphire button by the Emperor’.

De Fransen gingen steeds verder. Dichtbij het keizerlijk paleis in Peking moest een indrukwekkend symbool van de Franse suprematie komen. Dat werd de Beitang, een nieuwe noordelijke kathedraal, in westerse gothische stijl. Opnieuw was het Favier aan wie de leiding over de bouw toevertrouwd werd.

Katholiek toevluchtsoord tijdens de Boxeropstand

De Bourgondiër maakte zo carrière – niet alleen als onderhandelaar met de Chinese autoriteiten, maar tevens als geestelijke. In zijn ‘eigen’ kathedraal werd hij in 1898 tot bisschop gewijd. Een jaar later kreeg hij de supervisie over het bisdom Peking.

Bij de eeuwwiseling, in 1900, kwamen grote groepen Chinezen  – in het Westen werden ze boksers genoemd – in opstand tegen de Europese overheersing van hun eigen land. In de hoofdstad Peking belaagden ze de wijk waar de diplomaten zich verschanst hadden. Duizenden katholieke bekeerlingen, landverraders in de ogen van de boksers, zochten een onderkomen op het terrein van de gothische kathedraal. Onder leiding van de Franse bisschop Favier wisten ze stand te houden totdat geallieerde troepen hen uit hun hachelijke positie kwamen bevrijden.

Tijdens de Bokseropstand werden tienduizenden katholiek geworden Chinezen om het leven gebracht, samen met de missionarissen en zendelingen, die uit het Westen gekomen waren om hen over te halen zich te bekeren tot het geloof van het Westen, het christendom. In Nederland werd vooral gerouwd om de marteldood van bisschop Hamer.

Favier hoorde niet tot de slachtoffers. Op 15 augustus 1902 werd hij echter door een beroerte getroffen. Op 4 april 1905 stierf hij. Op zijn verzoek werd de bisschop begraven in China – in de gothische kathedraal die hij zelf had laten bouwen.

China Gothic – The Bishop of Beijing and His Cathedral, Anthony E. Clarke, University of Washington Press januari 2020, hardcover €52,79, ook verkrijgbaar als e-book, ISBN  9780295746678.