In de serie Chinablijvers praten we met Nederlanders en Vlamingen die al meer dan tien jaar in China zijn. Hoe hebben zij het land zien veranderen, wat zijn hun ervaringen en hoe zien zij de toekomst?

“Zo gaat dat altijd, je komt ergens terecht waar je niet aan denkt”

Van Irak tot Kosovo. Met zulke bestemmingen, valt Beijing haast niet op. Na zijn studie landschapsarchitectuur begin jaren 70 in Wageningen, begon Tom Wolters bij een stedenbouwkundig bureau in Rotterdam en stapte later over naar een adviesbureau voor milieuplanning . “In de jaren 80 kon ik voor het eerst naar het buitenland, naar Irak voor de herinrichting van het stadspark in Baghdad. Kort daarna richtte ik een eigen bedrijf op, en de daarop volgende jaren ben ik als milieuadviseur voor de VN veel gereisd naar het Midden-Oosten, Oost-Europa en Azië.”

Tom kan zich nog goed herinneren hoe zijn eerste keer in China was. “Ik werd in 1991 uitgenodigd als lid van een door het VN milieuprogramma samengestelde expertgroep. Het Gele Bergen natuurpark was door UNESCO tot werelderfgoed benoemd, en ik mocht als buitenlandse expert adviseren over de draagkracht voor het toerisme. Eerder was China nooit bij mij opgekomen, maar ik voelde me gelijk erg aangetrokken door de mensen, gastvrijheid en warmte. Bovendien werd ik als buitenlander als een koning behandeld. Die betoverende sfeer raakte mij.”

Tijdens die reis ontmoette hij zijn toekomstige echtgenote, die in 1994 naar Nederland kwam. Vervolgens trouwden ze bij de Nederlandse ambassade in Bangladesh en verhuisden daarna naar Laos.

Hoewel ze in die tijd regelmatig terug naar China gingen, zou het nog tot 2001 duren voordat Tom en zijn vrouw zich er permanent vestigden. Toen werd Tom gevraagd mee te werken aan een EU project over het milieubeleid van lokale overheden. Daardoor heeft hij China pas echt goed leren kennen. “Ik reisde door het hele land, ging met lokale ambtenaren eten en zag veel van de kleine steden. Dat maakte het werk leuk en de mensen waren allemaal erg enthousiast. Langzaam werd duidelijk dat ik wel eens langer kon blijven. Eén van de collega’s in het project zei tegen mij: ‘Tom als ik jou zo zie, ga je hier nooit meer weg.’ Zo gaat dat altijd, je komt ergens terecht waar je niet aan denkt.”

Authentieke woonstijl voor een buitenlander

Bij een bijzondere woonplaats hoort een speciale woning. Zeg Beijing en je denkt aan de hutongs. Deze smalle steegjes met sìhéyuàn – vier gebouwen rondom een binnenplaats – zijn kenmerkend voor het oude stadscentrum. Tom is een groot fan. “Hoewel de hutongs me direct erg aanspraken, waren ze aan het begin van de jaren 2000 meer een achterbuurt. Het was er vaak vies en je moest gebruikmaken van de openbare toiletten. Maar mijn vrouw, die als kind vaak bij familie in een sìhéyuàn logeerde, en ik zwierven er veel rond. We zeiden tegen elkaar: ‘Als we een huis tegenkomen, waarom zouden we niet hier kunnen gaan wonen?’”

Na wat rondvragen, hadden ze in 2005 geluk. “De eigenaar had geld nodig voor zijn dochters bruidsschat, ook waren de zorg voor zijn oude moeder en het onderhoud aan de gebouwen veel gedoe. We konden de hele sìhéyuàn kopen, met een officieel certificaat erbij. Het had wel wat voeten in aarde, want in iedere vleugel woonden nog verschillende families die moesten verhuizen. Mijn vrouw had ook wel haar twijfels of we nog iets van het huis konden maken, maar met mijn bouwkundige achtergrond zag ik gelijk dat het een goede keuze was.”

Hoewel er veel moest gebeuren, hamerde Tom erop dat er goed gerenoveerd en gerestaureerd werd. “Eerst wilde men alles slopen, maar dat was niet mijn idee. Een deel is opnieuw gedaan, maar de rest was al honderd jaar oud en werd opgeknapt. Het is echt een geweldig fijne plek geworden. Toen ik voor het eerst op de binnenplaats stond, had ik direct een goed gevoel. Later kreeg ik te horen dat dat kwam omdat feng shui goed was, zo staan de poort en boom volgens de Chinese theorie op de goede plek. Ik ben dan ook een aanhanger geworden.”

Tom woont met zijn gezin in de voormalige keizerlijke stad, een gebied direct om de Verboden Stad heen, tussen het Houhai meer en Jingshan park in. “Ik heb gekeken in een atlas van de gemeente naar de beschermde plekken, want ze waren toen nog veel aan het slopen en weghalen op een paar monumenten na. Maar in onze buurt is de afgelopen twintig jaar nauwelijks iets veranderd. Sinds de Olympische Spelen in 2008 is veel meer ingezet op renovatie en behoud van oude wijken, en zijn deze ook gemoderniseerd. Er is nu elektriciteit, de riolering is vernieuwd en we hebben stromend water. Maar het is echt lao Beijing, het oude Beijing, een Chinese buurt. Buitenlanders zien we hier nauwelijks.”

Voor Tom zijn het huis en de buurt echt redenen waarom hij zoveel van Beijing geniet. “De nieuwe stadsdelen zijn bijna allemaal hetzelfde. Er wonen hier 20 miljoen mensen, maar als ik mijn poort open is het helemaal stil. Een sìhéyuàn met de ommuurde binnenplaats geeft ook een heel beschermd gevoel; persoonlijk vind ik het heel fijn om me af te kunnen sluiten. Als mensen bij mij komen en de deur dichttrekken, voelen ze dat ook en zijn ze aangenaam verrast.”

Een Chinees ritme voor een internationaal gezin

Verhuizen naar Nederland staat voor Tom nog niet op het programma. “Voorlopig is er nog geen reden om te vertrekken, maar je weet nooit hoe het gaat lopen. Bovendien vinden we het klimaat heel fijn in Beijing, mijn vrouw kan niet goed tegen een vochtig klimaat dus Nederland is dan geen goede plek.” Als ze teruggaan, zullen ze ook moeten wennen aan andere feestdagen en tradities. “We leven in principe volgens de Chinese kalender, ook vanwege de school van mijn zoons. Kerstmis en Sinterklaas zijn langzaam verdwenen, we zijn echt een ‘verchineesd’ gezin”, geeft Tom aan.

Tom geniet ook van de energie die hij voelt door de snelle Chinese ontwikkelingen. “Voor mij is de grootste verandering het zichtbare succes van de armoedebestrijding. Iedereen heeft het altijd over de technologie en de modernisering, maar ik bewonder vooral het geweldige succes van China’s armoedebestrijding. Ik kijk daarbij vooral naar de kleine steden en het platteland. Zo presenteer ik de serie From the Soil voor CGTN, die gaat over de heropleving van de Chinese dorpen. Alle verhalen die ik daar hoor, treffen me veel meer dan de ontwikkeling van een moderne stad. Juist door met mensen te praten en zelf te zien hoe dingen veranderen. Dat vind ik echt fantastisch en dat houdt me ook in China.”

Iets wat hij wel uit Nederland heeft meegekregen en nog steeds mist, is de watersportcultuur. “Ik was vergroeid met het water, zeilde en schaatste altijd veel. Houhai in Beijing kan dat niet vervangen. We houden daarom ook ons huis in Middelharnis aan.”

 

Dit is een interview in de serie Chinablijvers. Houd China2025.nl de komende maanden in de gaten voor meer interessante verhalen over Nederlanders en Vlamingen die al meer dan tien jaar in China wonen. De komende maanden publiceren we iedere eerste maandag van de maand een nieuw interview. 

Lees ook de eerdere blogs in deze serie, over Chinablijvers Mirjam Thieme, Gilbert Van Kerckhove en Anouchka van Driel.