In een eerder blog vertelde ik over het bezoek van mijn schoonouders en de verschillen in cultuur en levensstijl tussen Nederlanders en Chinezen die daarbij naar voren kwamen. We zijn natuurlijk niet een maand lang binnen blijven zitten; ze waren erg benieuwd naar het leven in Nederland. Tijdens de tripjes die ik en mijn vrouw met hen maakte werd vaak pijnlijk duidelijk hoe slecht de Nederlandse toeristische sector soms nog is ingericht op Chinese bezoekers.
Chinese toeristen kun je grotendeels indelen in twee groepen. Allereerst is er de categorie die graag in groepsverband reist. Dit zijn vaak gepensioneerde Chinezen of Chinezen van middelbare leeftijd, die meestal geen andere taal spreken. Daarnaast heb je de zogenaamde ‘millennials’ die na de jaren ’80 zijn geboren. Ruim 60% van de Chinese toeristen reist nog in groepsverband, maar vooral de millennials reizen vaker individueel en spreken vaak op zijn minst een beetje Engels. Groepsreisorganisaties hebben meestal een tweetalige tolk die de toeristen bij kan staan. Voor de Chinees die geen Engels spreekt en toch individueel wil reizen ligt er een behoorlijke uitdaging, want Nederland komt hen niet echt tegemoet.
Doorgang verboden
Het begint al op de luchthaven. Daar waar luchthavens als Kopenhagen inmiddels bewegwijzering hebben aangebracht in het Chinees is er op Schiphol geen Chinees bordje te bekennen. Voor de gemiddelde internationale reiziger is Schiphol geen zware opgave. Maar wat als je noch Nederlands, noch Engels kan lezen? Hoe vind je dan de uitgang? Als onervaren reizigers kenden mijn schoonouders, die nog nooit eerder buiten China waren geweest, de wet van go with the flow niet en moest mijn vrouw met de hulp van een paar andere Chinezen en Nederlanders aan de andere kant van de mobiele lijn haar ouders stukje bij beetje naar de uitgang loodsen. En hoe communiceer je met elkaar als je elkaar kwijtraakt en moeite hebt om je omgeving te beschrijven? De vlucht waarop mijn schoonouders arriveerden had vreemd genoeg twee uitgangen en je raadt het al, wij stonden bij een andere uitgang dan die waardoor zij naar buiten kwamen. Het duurde bijna een uur om ze te vinden.
Ook op een mooi stukje Nederland als Kinderdijk, waar toch ook heel wat Chinezen rondlopen, wordt nog geen moeite gedaan om een gidsje of de ondertiteling van de introductiefilm ook in het Chinees aan te bieden. Nee, naast de zeldzame paar regels Chinees op de acht-talige kaart van Kinderdijk was het enige Chinees dat ik ter plekke aantrof de vertaling van ‘Doorgang verboden’ bij een privéterrein. We weten dus inmiddels wel hoe we ze buiten moeten houden, maar welkom heten lukt nog niet erg. Een scherm dat ik recentelijk aantrof in een hotel waarop gasten in verschillende talen welkom worden geheten bevestigde dit laatste weer eens: in plaats van de Chinese karakters voor huan ying (welkom) toonde het de karakters voor wei er ke me, een fonetische benadering voor ‘welcome’.
Taal blijft dus een verbeterpunt, maar soms word je echter positief verrast door de aanpassingen die men heeft gedaan om de Chinese toerist tegemoet te komen. Zo heeft het Van Goghmuseum (tegen betaling) een uitstekende audiogids in Mandarijn die hen door het museum leidt en heeft het Mauritshuis ook een app voor Chinezen ontwikkeld.
Giethoorn
Ga je op pad met Chinese gasten, dan merk je al snel dat we toch nog een hele weg te gaan hebben. Zelfs in het onder Chinezen zo populaire Giethoorn verbaasde ik me over het beperkte aanpassingsvermogen (of is het onwil?). Ja, we kennen de verhalen over de manier waarop sommige Giethoorner ondernemers stappen in de goede richting zetten, maar dat zijn slechts enkele van de vele bedrijven in de toeristische sector in het dorp. Op diverse borden heeft men met pijn en moeite de Chinese karakters voor ‘boot huren’ nagetekend, maar het is schokkend dat er geen reddingsvesten aangeboden worden wanneer er ook daadwerkelijk voor de pittige prijs van €40 een bootje verhuurd wordt. In de kanaaltjes in Giethoorn zelf is dat misschien niet zo’n probleem, maar alle vaarroutes gaan dankzij het eenrichtingsverkeer op die kanaaltjes ook over het Bovenwijde Meer buiten Giethoorn. Gezien het feit dat de meeste Chinezen niet kunnen zwemmen is dit volkomen onverantwoord. Het wachten is op de eerste Chinees die bij het maken van een selfie overboord slaat en verdrinkt.
Op de parkeerplaats voor bussen in Giethoorn hangt een scherm waar je foto’s met een geinig Groeten Uit Holland-kadertje kunt laten maken. Het is bijna hilarisch dat men in een pittoresk plaatsje als Giethoorn er in geslaagd is om daarvoor de minst inspirerende achtergrond te pakken die er in Giethoorn is te vinden: de parkeerplaats bij de lokale Spar supermarkt. Heb je eenmaal een foto laten maken dan wordt je verteld dat je die kunt downloaden op de Facebookpagina van een driesterrenhotel in Giethoorn dat €175 voor een overnachting durft te rekenen (schijnbaar zijn er in China mensen die het er voor over hebben). Maar Chinezen, toch wel hét selfievolk bij uitstek, hebben dankzij de Great Firewall geen Facebook-account en een poging om de foto’s zonder account te downloaden mislukt jammerlijk omdat je gedwongen wordt om met Facebook in te loggen. Communiceren via de Chinese social media lukt het voornoemde hotel ook nog niet helemaal:in het WeChat-account dat ze hebben aangemaakt stond ten tijde van het schrijven van dit artikel precies één artikel dat 70 keer bekeken was.
Heet water
Tussen de parkeerplaats en het pittoreske dorpscentrum van Giethoorn bevinden zich diverse horecagelegenheden. Veel Chinezen stoppen daar voor een gebakken visje. Alhoewel een belangrijk deel van de cliëntèle van een plaatselijke visboer/cafetaria bestaat uit Chinese toeristen, verbaasde het me hoe klantonvriendelijk het personeel er mee omging. Geen menu in het Chinees, niet eens in het Engels en bedienend personeel dat alles behalve behulpzaam was. Gelukkig is even verderop een restaurant te vinden dat wél de moeite heeft genomen om hun menukaart te vertalen. De Chinese toerist, die bekend staat om zijn ijverig schrijven van online recensies, zal zijn landgenoten wel naar die plek loodsen.
De Nederlandse toeristenindustrie is ook niet ingericht op China’s meest gedronken drankje. Thee? Nee, niet thee, maar heet water. Omdat er nergens heet water te krijgen is (tenzij je overal een duur kopje thee besteld en het zakje weggooit) liepen mijn schoonouders dus de hele dag rond met een gigantische thermosfles die niet zou misstaan als nucleaire kernkop in een Hollywoodfilm over een megalomane schurk. De aanwezigheid van de kernkop werd meestal niet op prijs gesteld. In een wegrestaurantje waar we een lunch nuttigden kregen we de opmerking, dat men er niet van gediend was dat er consumpties van buiten genuttigd werden. Ik legde uit dat de kernkop slechts water bevatte en dat Chinezen de hele dag heet water drinken. Ook vertelde ik de serveerster dat ik niet verwachtte dat ze dat hier, zoals in China, gratis konden krijgen bij het eten. Haar reactie was ‘ja, maar wij hebben ook onze regels’. Huan ying!
Ed Sander had deze zomer zijn Chinese schoonouders op bezoek. In een reeks artikelen deelt hij zijn ervaringen. Lees hier deel 1 en deel 2 uit deze reeks.
Hallo Ed , zeer goed artikel van je. En het is ook niet zomaar een verhaal. Het is iets wat Nederland-toerisme bv zich moet aantrekken wil het mee blijven doen met het aantrekken van Chinese toeristen. Deze mensen betalen toch een flink prijsje voor veelal de ‘reis van hun leven’. Het EU-land/volk dat zich in nabije toekomst wel beter opstelt met karakter-tekens en vriendelijkheid zal steeds meer toeristen gaan trekken. En dat gaat dan ten koste van die EU-landen die hier opvallend in gebreke blijven. (Of nog erger als er sprake is van grote oplichting zoals met taxi-busje incident van deze zomer bij Schiphol).
Ed het is op de bovenwijde nog geen meter diep, nou ben ik me ervan bewust dat Chinezen niet het langste volk zijn, maar ik denk niet dat er snel een zal verdrinken.
Dat is volgens Wikipedia niet helemaal correct: “Het meer is ongeveer 2 kilometer lang en 1 kilometer breed. Het is ongeveer 1 meter diep, met uitzondering van het uiterste zuiden waar door zandwinning een veel grotere diepte is ontstaan.”