In de vorige aflevering van deze serie lazen we hoe Jessica moest wennen aan het Nederlandse onderwijssysteem en de leerlingen in haar klassen. Dit keer staan we stil bij de manier waarop ze haar lesmethoden ontwikkelde.
Coaching
Jessica werkte tot nu toe op verschillende scholen in Noord-Brabant. “Over het algemeen zijn al mijn collega’s altijd erg behulpzaam geweest. In tegenstelling tot die in Nederland hebben docenten in China niet echt de mogelijkheid om stage te lopen. Als ze hun opleiding voltooien moeten ze meteen aan de slag op een school en er is geen coach om hen te begeleiden. Ze moeten alles zelf uitvinden en eventueel senior docenten om hulp vragen. In Nederlandse scholen is er een speciale coach om docenten te assisteren.”
Toen Jessica op haar eerste school begon maakte de coach direct een afspraak met haar.
“Ik voelde me erg welkom en op mijn gemak en wist dat ik altijd naar die coach kon gaan als ik een probleem had. Ook andere docenten die ik om hulp vroeg hebben me altijd goed geholpen. Net zoals de leerlingen fouten mogen maken mag een nieuwe docent dat ook. Ook dit is een groot verschil met China, waar leerling en docent worden geacht nooit fouten te maken. Collega’s in Nederland vertelde me dat ik ook zou leren van de fouten die ik maak.”
Scheetgeluiden
Voor Jessica naar Nederland verhuisde legde ze het A1-niveau-examen af op de Nederlandse ambassade, de eerste van zes niveaus in de Nederlandse taal (A1, A2, B1, B2, C1 en C2). Voor haar inburgering werd ze geacht binnen 3 jaar A2-niveau Nederlands te spreken, maar in 2,5 jaar behaalde ze eerst het B1- en daarna het B2-diploma. Dat niveau is voldoende om in een Nederlandstalig bedrijf te kunnen werken of een opleiding aan een Nederlandse universiteit te volgen. “Ik houd van talen en heb in China taalkunde gestudeerd. Toen ik in Nederland kwam realiseerde ik me dat ik zo snel mogelijk Nederlands moest leren, vooral omdat ik in een omgeving woon waar niet veel internationale mogelijkheden zijn.“
In vergaderingen met collega’s begrijpt Jessica nog steeds niet alle woorden maar voor de lessen kan ze zich voorbereiden en gaat het erg goed. Ze benadrukt dat haar leerlingen erg slim en tolerant zijn, dus ze hebben weinig problemen om haar te begrijpen. “Ze begrijpen dat Nederlands een moeilijke taal is, ze geven me vaak complimenten dat ik het goed doe en ze waarderen dat ik zoveel moeite doe om hun taal te leren. In het begin heb ik ovewogen om de lessen in het Engels te geven omdat ik bang was dat ik me zou schamen als ik veel fouten zou maken in het Nederlands. Uiteindelijk ben ik de uitdaging toch aangegaan omdat ik ook het goede voorbeeld wilde geven aan de leerlingen.”
Jessica steekt de leerlingen dan ook een hart onder de riem als ze fouten maken in de Chinese Taal en breekt het ijs met anekdotes over haar eigen blunders. “Dat is vaak een hoogtepunt van de les, als de leerlingen foutjes maken in de tonen en ik hen bijvoorbeeld vertel dat ik ooit ‘scheetgeluiden’ zei in plaats van ‘schietgeluiden’ omdat die klanken voor mij moeilijk uit elkaar te houden zijn.”
Taal en Cultuur
Bij de lessen die Jessica geeft spelen de aspecten taal en cultuur een even belangrijke rol. Voor de pilotprogramma’s waarbij de leerlingen 10-12 lessen krijgen heeft Jessica de lessen gesplitst in taallessen en cultuurlessen. “In de cultuurlessen praten we bijvoorbeeld over het hedendaagse China met al haar uitdagingen, de eenkindspolitiek en de gezinssituatie. Met deze onderwerpen, maar ook informatie over het Chinese onderwijs, probeer ik hen een beeld te geven hoe het leven van hun leeftijdsgenoten in China eruit ziet.”
“In de taallessen vertel ik ze hoe de Chinese taal gebruikt wordt, hoe ze zich kunnen voorstellen en hoe ze kunnen vertellen over hun gezin. De lessen voor leerlingen die Chinees als examenvak hebben gekozen zijn anders, daar combineer ik taal en cultuur in één les. Als we bijvoorbeeld leren tellen vertel ik hen ook over het bijgeloof waar sommige getallen, zoals het getal 4, in China mee gepaard gaan. Ik laat ze bijvoorbeeld een foto zien uit een Chinese lift waarbij verdieping 13 en 14 zijn vervangen door 12A en 12B en vraag hen wat hen opvalt.”
Naast de reguliere lessen verzorgt Jessica op sommige scholen ook themalessen voor activiteitenweken. “Eten is natuurlijk erg belangrijk en een van de eerste dingen die Nederlanders leren over China. Leerlingen zijn dus ook erg benieuwd hoe Chinees koken in z’n werk gaat, dus maken we samen dumplings. Een andere themales gaat over Chinees Nieuwjaar. Daarbij eten we Chinese snacks, maken we rode decoraties en schrijven we het Chinese teken voor ‘geluk’ in kalligrafie op rood papier.”

Jessica laat de leerlingen Chinees eten zien.
Hulpmiddelen
In de lessen maakt Jessica gebruik van verschillende materialen en hulpmiddelen. De pilotlessen stelt ze helemaal zelf samen en werkt die bij als er nieuwe ontwikkelingen zijn, zoals bij het eenkindsbeleid. Voor het examenvak neemt ze een boek genaamd Chinees een makkie als leidraad maar voegt er zelf de culturele aspecten aan toe. Sommige dingen moet je gezien hebben om ze echt te begrijpen, dus Jessica gebruikt ook veel filmmateriaal: ”Als we het hebben over het Chinese onderwijs laat ik de leerlingen bijvoorbeeld een video zien van het echte leven voor Chinese studenten. Het geeft een scherpe indruk van het leven van hun leeftijdsgenoten.”
De les over Chinees onderwijs is een van de populairste onder Jessica’s leerlingen:”Na de pilotlessen laat ik de leerlingen een vragenlijst invullen waarin ze de lessen evalueren, o.a. om de lessen verder te verbeteren. Onderwijs is het populairste thema. Allereerst omdat het om hun leeftijdsgenoten aan de andere kant van de wereld gaat, wat het heel interessant maakt. Daarnaast omdat het zo sterk verschilt van het onderwijssysteem in Nederland. Sommige leerlingen beginnen na de cultuurlessen hun eigen cultuur ook beter te begrijpen en waarderen.”
Jessica gebruikt ook de populaire Chinese chat-app WeChat voor haar lessen. “Ik gebruik het onder andere voor een uitwisseling tussen culturen. In een soort moderne vorm van de ouderwetse penvriend leggen de leerlingen contact met leerlingen uit China. Ze leren zo hoe een dag van een Chinese tiener eruit ziet, wat hun relatie met hun ouders is, etc. Allemaal nieuwe aspecten waar ze heel erg nieuwsgierig naar zijn. Daarnaast geeft het hen een idee hoe Chinese technologie werkt.”
Jessica gebruikt WeChat ook bij het huiswerk van haar leerlingen. Ze geeft hen huiswerk mee en om hun uitspraak te controleren vraagt ze hen stukjes tekst in te spreken in een WeChat spraakbericht. Ze kan daar dan meerdere malen naar luisteren om te bepalen wat een individuele leerling kan verbeteren, zonder dat het veel tijd tijdens de les kost. Ook voor de leerling is het prettig omdat hij zich geen zorgen hoeft te maken dat hij door klasgenoten uitgelachen zal worden.
Het idee van wechat spreekt me erg aan. Ik had ongeveer hetzelfde idee met een interactief schoolbord.