Keizer Han Aidi (27-1 v. Chr.) met zijn geliefde Dong Xian

Homoseksualiteit in het keizerlijke China wordt gezien als schering en inslag, maar vaak wordt beweerd dat het een zeker niveau van tolerantie genoot. Zeker in vergelijking met het westen, waar homoseksualiteit van oudsher in verschillende discours werd afgewezen als een “perverse seksuele afwijking”.

Homoseksualiteit in de wetboeken van de Ming en de Qing

Dit is een bewering die voor het grootste deel van de keizerlijke periode uit onderzoek bevestigd kan worden, naar het einde van het keizerrijk kwam hier echter verandering in. Het vroegste officiële verbod op homoseksualiteit kan teruggebracht worden tot de Ming dynastie, maar hier moet de kanttekening bij geplaatst worden dat het niet gaat om een algemene wettelijke bepaling, maar een uitspraak die werd toegevoegd aan de Ming Code, één van de belangrijkste wetboeken uit de Chinese geschiedenis, en dan in de sectie van gevallen die naar analogie werden behandeld.

Nadat deze sectie werd overgenomen in de Qing Code, begon een geleidelijk proces van assimilatie van homoseksuele misdaden tot hun heteroseksuele tegenhangers. Als gevolg van deze beweging ontstonden twee verschillende secties in de code, die sterk op elkaar leken. Namelijk een originele sectie met betrekking tot “normale” illegale seksuele praktijken genaamd jian, waarin zaken opgenomen werden zoals overspel, seks voor het huwelijk en verkrachting. Gemodeleerd hierop ontstond een soortgelijke sectie genaamd jijian, waar alle misdaden met betrekking tot sodomie in werden ondergebracht.

Homofobie tijdens de Qing?

Het tot stand komen van deze laatste sectie kende een reeks aan logische en conceptuele problemen. Het hielp de Qing ambtenaren waarschijnlijk dat de misdaden besproken allemaal hun oorsprong kenden in het reeds bestaande jian hoofdstuk. Bijgevolg ontstond een reeks aan implicaties voor de perceptie van gender en seksualiteit vanuit het standpunt van het recht. Uit onderzoek is gebleken dat het gevolg van de inherent ongelijke heteroseksuele basis op elke vorm van geslachtsgemeenschap en interpretatie van gender een diepe indruk zal nalaten op de conceptualisatie van homoseksualiteit, zoals het werd neergeschreven in het jijian gedeelte van het strafrecht van de Qing Code.

Het is moeilijk te bepalen wat de exacte reden was voor de Qing legislatuur om de wetsbepalingen omtrent seksualiteit aanzienlijk te verstrengen. Vandaag de dag zouden we gemakkelijk verwijzen naar homofobie, maar uit onderzoek blijkt dat de rechtsgeleerden destijds niet dachten in zulke termen. In de Chinese context zou men ook kunnen aanhalen dat het de opzet van de staat was om mannen aan hun familiale plichten te verbinden, maar deze gedachte wordt op geen enkel moment in het recht of in een rechtszaak uitgesproken. Door de vormelijke gelijkenissen tussen jian en jijian, alsook het feit dat gelijkaardige misdaden – homoseksueel of heteroseksueel – nominaal dezelfde bestraffing kregen, lijkt het ook niet de bedoeling om homoseksualiteit op zich aan te pakken.

Homoseksualiteit en sociale positie tijdens de Qing

Door onderzoek te voeren naar specifieke gevallen van homoseksuele verkrachting kan men een dieper inzicht krijgen in de dominante seksuele praxis tijdens de Qing dynastie. Bij dit onderzoek moet de veronderstelde heteronormatieve genderhiërarchie waar jian op gebaseerd is in het achterhoofd gehouden worden. De vrij expliciete implicatie dat de rol van penetrant alleen opgenomen kan worden door de man, en dus degene met het meeste gezag, werd doorgetrokken naar andere dimensies van hiërarchie, voornamelijk sociale klasse.

Uit verschillende casussen blijkt dat wanneer een man van hogere sociale positie iemand verkrachtte die onder hem stond (hierbij wordt vooral sociaal-economische positie en leeftijd in acht genomen), de rechtbank verminderde straffen uitdeelde. Het volstaat niet om te zeggen dat de rol van penetrant is weggelegd voor de man, eerder dat de rol van penetrant kan worden opgenomen door degene die de meest dominante positie in de maatschappij bekleedt – iedereen die onder hem staat is op die manier relatief “penetreerbaar”. Dit wordt verduidelijkt in de wet door artikelen die een groot leeftijdsverschil stipuleren tussen slachtoffer en dader vooraleer er sprake kan zijn van verkrachting.

De symbolische betekenis van gender tijdens de Qing

Ook blijkt dat de wet niet veronderstelde dat dader en slachtoffer, zelfs in het geval van een seksuele voorgeschiedenis, van dezelfde “homoseksuele aard” waren. Een dader, iemand die een actieve rol aanneemt, is een toonbeeld van mannelijkheid, tot in extremis. Het slachtoffer is dan weer iemand die omwille van zijn hulpeloosheid, zwakte, jeugdige leeftijd of lage sociale positie in de passieve rol gedwongen wordt. Een sprekend voorbeeld hiervan is het geval van een operazanger die vrouwelijke personages interpreteerde. Hij werd verkracht door een man, maar kon op geen steun van het gerecht rekenen door zijn bewuste verlaging van sociale status en eerdere benaderen van de vrouwelijke conditie. Ook hier komt de heteronormatieve standaard van jian terug in de vereisten die opgelegd werden op mensen betrokken in jijian.

Een ander argument dat het idee van een zogenaamde vervolging van “perverse seksuele afwijking” weerlegt, is de opvallende afwezigheid van vrouwelijke homoseksuele activiteiten, ook verklaard door het feit dat penetratie een sterke verhouding heeft tot gender, en gender tot maatschappelijke verhoudingen. Vrouwelijke homoseksuele praktijken werden niet gezien als een uitdaging voor de maatschappelijke orde. Deze symbolische betekenis van sodomie is wat primeert in de wetteksten van de jijian sectie van de Qing Code.

We kunnen niet verwachten een realistisch beeld te scheppen van homoseksuele relaties uit de interpretatie van deze wetsartikelen. Het is echter wel duidelijk dat in het geval van een homoseksuele relatie, degene die de passieve rol aannam het meest te lijden had aan gezichtsverlies. Dit als gevolg van het geïmpliceerde statusverlies dat hoort bij het benaderen van de “vrouwelijke conditie” door het zich laten penetreren, een idee dat impliciet ook in de wet terug te vinden is.

 

Dit blog is onderdeel van de blogreeks “Scriptie van de maand”, waarin we studenten de kans bieden om hun onderzoek te delen met een breder publiek. Iedere derde donderdag van de maand besteden we aandacht aan een nieuwe scriptie, binnen een diversiteit aan onderwerpen. Houd China2025.nl in de gaten voor meer blogs over interessante scripties! Eerdere blogs in deze serie kun je hier teruglezen.

Heb jij zelf onderzoek gedaan naar een China-gerelateerd thema, en zou jij dit graag willen delen op China2025? Neem dan contact op met de redactie.