In mijn vorige blogs liet ik zien dat de Chinezen in hun geschiedenisboeken erg onder de indruk lijken van onze VOC-mentaliteit, maar dat stemming begrijpelijkerwijs rap omslaat zodra Nederland Taiwan koloniseert. Ik had daar zoveel woorden voor nodig, dat ik niet aan alle andere ‘krankzinnige’, ‘bloederige’, ‘brute’ ‘kwaadaardige’ en ‘zondige’ bezigheden van de Nederlanders toe ben gekomen. Dus die heb ik voor vandaag bewaard. Dit boek uit 1981 geeft vast een overzichtelijke opsomming:
In Noord-Amerika bezetten de Nederlandse kolonisten het stroomgebied van de Hudson-rivier en stichtten Nieuw Amsterdam in haar monding [zie plaatje]. In Zuid-Afrika bezetten ze Kaap de Goede Hoop en in West-Afrika en West-India hielden zij zich bezig met het zondige verkopen van zwarte slaven. In Azië gristen ze de specerijrijke Molukken uit handen van de Portugese kolonisten, en vestigden Batavia op Java, het huidige Jakarta. Ook bezetten ze Malakka en Ceylon (Sri Lanka) en vielen Taiwan binnen, waar ze al snel verjaagd werden door onze nationale held Koxinga. (Bovenbouw, 1981)
Dat is me nogal een rijtje, en dan is het nog niet eens compleet! Door het op deze manier op te sommen wordt de enorme schaal van de Nederlandse koloniale activiteiten ineens een stuk duidelijker. Misschien dat we zo’n soort rijtje in de Nederlandse kanon op zouden moeten nemen, zodat het evengoed algemene kennis wordt als “mit, nach, aus, bei, zeit, von, zu” en ‘t kofschip.
Twee ervan komen uitgebreid aan bod in Chinese geschiedenisschoolboeken: het Nederlandse aandeel in de slavenhandel en de (de-)kolonisatie van Indonesië. Deze twee zal ik daarom verder behandelen in dit blog, te beginnen met de slavenhandel.
Gorée: getuige van de zondige slavenhandel
En hier valt misschien nog wel wat te leren voor de gemiddelde Nederlander, aangezien vaak wordt gedacht dat Nederland nauwelijks een rol had in de mondiale slavenhandel. Niet als je het aan de Chinezen vraagt, dan waren wij een van de grote spelers:
Europese slavenhandelaars bestonden uit Portugezen, Spanjaarden, Nederlanders, Fransen en Britten. Ze profiteerden tot wel enkele honderden procenten, en tienduizenden botten van zwarte mensen veranderden in hun handen in glimmend goud. […] Hoe je het ook bekijkt, kolonialisme betekent bloederige plundering. (Bovenbouw, 1981)
Ook opvallend zijn de beschrijvingen van het eiland Gorée, die in 2008 ineens in grote getale opduiken in de bovenbouwboeken:
Gorée is een klein eiland bij de westkust van Afrika. Het werd tussen de 15e en 19e eeuw gekoloniseerd door landen als Portugal, Nederland, Engeland en Frankrijk om hun criminele slavenhandel uit te voeren. In 1617 kochten de Nederlanders het eiland van de Portugezen en noemden het ‘Gorée’, wat ‘goede haven’ [of: ‘goede rede’] betekent. In de moderne geschiedenis diende Gorée als doorvoerhaven voor slaven in Europese koloniën. Het heeft de vele kwaden van het koloniale tijdperk doorgemaakt en is daarmee een historische getuigenis van de zondige slavenhandel. (Bovenbouw, 2008)
En wij waren niet zomaar een van de landen die zich op Gorée met de slavenhandel bezighielden, nee: “In de tijd van de Nederlanders werd Gorée het grootste doorvoerpunt voor slaven in West Afrika.” (p. 107)

Links: westerse kolonisten wisselen geweren uit voor slaven. Rechts: zwarte mensen aan boord van een slavenschip.
Nederlands Indië: krankzinnige plunderingen en vuile trucs
En dan de Nederlandse kolonisatie van Indonesië, wat misschien een iets prominentere plek inneemt in ons collectieve geheugen: cultuurstelsel, politionele acties, Jan Pieterszoon Coen’s massaslachting op de Banda-eilanden, die kennen de meesten van ons wel. Maar toch is het interessant om dit verhaal eens vanuit een ander perspectief te bekijken. Daarom in de volgende paragrafen voornamelijk het verhaal in de woorden van verschillende Chinese geschiedenisboeken.
Ik moet erbij zeggen dat in geen enkel boek het verhaal zo compleet beschreven wordt als hieronder, maar dat afhankelijk van het jaar waarin het geschreven is, steeds andere elementen benadrukt of overgeslagen worden. Hieronder heb ik geprobeerd alle puzzelstukjes bij elkaar te brengen, te beginnen met koloniale plunderingen, het cultuurstelsel en een veelvoorkomende nadruk op opstanden en verzet door de lokale bevolking.
In de 16e eeuw viel Nederland voor het eerst Indonesië binnen en na de 17e eeuw werd het een Nederlandse kolonie. Het Indonesische volk voerde continu een gewapende strijd tegen de krankzinnige plunderingen en uitknijping door de Nederlanders. In de eerste helft van de 19e eeuw werd de koloniale plundering opgevoerd en daarmee het verzet van de lokale bevolking intenser.
In 1825 lanceerde de Indonesische prins Diponegoro een opstand op Java. De brede steun die hij van het volk kreeg was een zware klap voor de Nederlanders. In 1830 mobiliseerde Nederland een groot aantal troepen om de opstand te onderdrukken. Na het toepassen van een groot aantal vuile trucs, werd de opstand uiteindelijk bloederig onderdrukt. (bovenbouw, 1997)
Behalve door belastingen en dwangarbeid, vond in koloniale gebieden ook monopolisering van productie en handel plaats. Het Nederlandse beleid dat in Indonesië gevoerd werd is hiervan een typisch voorbeeld. Indonesië staat bekend om haar specerijen, die in Europa altijd erg geliefd zijn geweest. De Nederlanders monopoliseerden de specerijenhandel door prijzen vast te stellen en ook te bepalen waar bepaalde specerijen wel en niet verbouwd mochten worden. Daarnaast dwongen de kolonisten Indonesische boeren om koffie, suikerriet, indigo, tabak en andere gewassen te verbouwen die hoge winsten opleverden. (CS-1993b1, p. 96)
De kronkelende weg naar de onafhankelijkheid
Meer nog dan de koloniale tijd zelf is er in de boeken aandacht voor de onafhankelijkheidsstrijd. Hoewel deze strijd voor meerdere landen wordt beschreven, is er een speciale rol weggelegd voor die van Indonesië, want:
Van alle landen in Azië kronkelde de Indonesische weg naar onafhankelijkheid het meest. (Onderbouw, 2001)
Net zoals hierboven, is er in de Chinese boeken is een actieve rol weggelegd voor de Indonesische bevolking, misschien meer dan we gewend zijn uit onze eigen boeken. Zo vertelt het bovenbouwboek uit 1960 eerst over de heldhaftige strijd van het Indonesische volk tegen het Japans imperialisme. Daarnaast is er een glansrol weggelegd voor de Communistische Partij van Indonesië, die “in de voorste gelederen van de strijd stond” (Bovenbouw, 1960). Boeken uit 1991 vertellen verder:
Nadat Soekarno hoorde dat de Japanners zich hadden overgegeven, leidde hij de revolutie in Indonesië. De opstandelingen confisqueerden Japanse wapens, bezetten fabrieken en radiostations en zorgden er zo voor dat de revolutie slaagde. Soekarno riep de Republiek Indonesië uit en diende zelf als president. (Bovenbouw, 1991)
Soekarno deed dit op 17 augustus 1945, maar het koloniale verhaal was alles behalve afgelopen:
Niet lang na het uitroepen van de republiek gebruikte het Britse leger de ‘ontwapening van Japan’ als excuus om zelf troepen het land in te sturen. Onder groot protest van het Indonesische volk en de afkeer van de wereldwijde publieke opinie moest het Britse leger zich terugtrekken. Het bezette land werd echter overgedragen aan de oude heerser: Nederland. […] De Nederlanders gebruikten Amerikaanse wapens om een offensief te lanceren in juli 1947, maar het Indonesische volk nam zelf ook de wapens op en vocht resoluut tegen de agressors. (Bovenbouw, 1960)
Tenslotte nog de laatste paar puzzelstukjes van het verhaal:
Tegelijkertijd gebruikten de Amerikaanse imperialisten de naam van de Verenigde Naties om zich te bemoeien met de interne aangelegenheden van Indonesië. (Bovenbouw, 1956)
Aan het einde van 1949 werden de imperialisten uiteindelijk gedwongen de Republiek Indonesië te erkennen. (Bovenbouw, 1960)
Volgens het verdrag dat ondertekend werd zou Indonesië na een overgangsperiode van negen jaar in naam “onafhankelijk” worden, maar zou zij onderdeel worden van een Nederlands-Indonesische Unie met de Nederlandse koningin aan het hoofd. In 1956 kondigde Indonesië eenzijdig de opheffing van deze unie aan en bereikte eindelijk haar onafhankelijkheid. (Bovenbouw, 1991)
Maar Indonesië heeft het Nederlands-Indië-tijdperk nog niet volledig afgesloten, want de Nederlandse imperialisten bezetten nog altijd West Irian Jaya. Daarnaast voeren de Amerikaanse imperialisten andere sabotage- en samenzweringsactiviteiten uit. De bevolking van Indonesië blijft vastberaden de strijd voeren om nationale onafhankelijkheid te verdedigen. (Bovenbouw, 1960)
Die laatste stap werd uiteindelijk in 1962 gezet, waarna West Irian Jaya, of West Papoea, een provincie van Indonesië werd, twee jaar na publicatie van dit laatste fragment. Dit gebeurde overigens na een dringende oproep van de VN aan Nederland.
Ik heb trouwens erg mijn best gedaan, maar heb nergens kunnen vinden wat de Amerikanen nu precies “uit naam van de VN” rond 1947 gedaan zouden hebben, noch hun andere sabotage- en samenzweringsactiviteiten die verder ook nergens uitgelegd worden in de boeken. Mocht een lezer dit weten, ik hoor het graag.
Geschiedenisboekenuitwisseling
Tot zo ver de ‘krankzinnige’, ‘bloederige’, ‘brute’, ‘kwaadaardige’ en ‘zondige’ bezigheden uit het Nederlandse koloniale verleden. Een verleden waar in Nederland zelf naar verwezen wordt als een ‘zwarte bladzijde’, maar die in werkelijkheid natuurlijk bibliotheken vol zou kunnen vullen. Door deze hele serie heen probeer ik te laten zien dat niemand ooit alle boeken uit die bibliotheek gelezen heeft, en dat als we historische verhalen vertellen, we hele duidelijke keuzes maken in wat we wel en niet vertellen, en op welke manier.
Daarom zie je, dat als je naar de geschiedenis over het Nederlandse koloniale verleden gaat kijken, er vanuit het Nederlandse en Chinese perspectief twee totaal verschillende verhalen van gemaakt worden, terwijl beide keren toch gebruik wordt gemaakt van dezelfde ‘historische feiten’. Misschien een goed idee om aan geschiedenisboekenuitwisseling te gaan doen met China, kunnen we beide nog wat van opsteken.
Meer over Sanne’s onderzoek weten? Kijk op haar website of volg haar op instagram/twitter voor een foto van de dag (@chineseideology).
Dit is het vierde deel in een korte serie blogs over hoe Nederland in Chinese geschiedenisboeken wordt behandeld. Lees ook deel 1, deel 2. en deel 3.