Sinds de invoering van de éénkindpolitiek in 1979 tot aan de afschaffing van het beleid in 2016, zijn er een heel aantal artikelen, wetenschappelijke studies en boeken verschenen over de effecten van het beleid, en hoe de eenkindpolitiek de huidige en volgende generaties Chinezen zal vormen.

Vandaag bespreken we op China2025.nl twee recente boeken over dit blijvend actuele onderwerp.

China’s ontbrekende plattelandsmeisjes

De globale man-vrouw verhouding is ca. 101 mannen op 100 vrouwen. In China ligt de verhouding sinds 1994 op rond de 115 geboren mannen tegenover 100 vrouwen, met een piek van 121/100 in 2004. Deze scheve verhouding wordt doorgaans toegeschreven aan een traditionele voorliefde voor mannelijk nageslacht, wat tijdens de eenkindpolitiek zou hebben geleid tot de selectieve abortus van vrouwelijke foetussen, infanticide en het ter adoptie afstaan van meisjesbaby’s. Daardoor zouden er in totaal zo’n 2 miljoen vrouwen ‘ontbreken’ in China.

John James Kennedy (University of Kansas) en Yaojiang Shi (Shaanxi Normal University) betogen in ‘Lost and Found’ dat zeker de helft van deze ‘ontbrekende’ vrouwen, wel degelijk bestaat. Met tien jaar onderzoek in Shaanxi laten ze zien dat de éénkindpolitiek op het platteland veel lastiger te implementeren was dan in de stad.

In steden hingen huisvesting en sociale voorzieningen vaak samen met werk. Als echtparen een tweede kind kregen verloren ze vaak hun baan, en daarmee hun ziektekostenverzekering en pensioen. Die consequentie van een tweede kind krijgen woog niet op tegen de voordelen, iets dat op het platteland niet gold. Daar was de oudedagvoorziening traditioneel gezien een zoon. De overheid merkte mid-jaren 80 al dat de eenkindpolitiek niet strikt geïmplementeerd kon worden op het platteland, en stond daarom het krijgen van een tweede kind toe als het eerste een dochter was.

Als echtparen een dochter kregen registreerden ze deze in de gezinsregistratie (hùkǒu), en als het tweede kind weer een dochter was, registreerden ze deze vaak niet. Als het derde (of vierde) kind dan eindelijk de gewenste zoon was, werd deze wel geregistreerd. Kennedy en Shi constateren dat het niet-registeren van tweede (en eventueel derde) dochters een veelvoorkomend fenomeen is.

Met bevolkingsgegevens tonen ze aan dat meisjesbaby’s die niet tijdens het eerste jaar werden geregistreerd, vaak later in de statistieken opdoken. Dit doorgaans als meisjes de schoolgaande leeftijd bereiken en een hukou-registratie moesten overleggen voor inschrijving, of wanneer ze de huwbare leeftijd bereikten en de hukou een vereiste was om het huwelijk te registreren.

Burgerlijke ongehoorzaamheid

In de studie wordt ingegaan op wat Kennedy en Shi mutual non-compliance noemen; als zowel plattelandsbewoners als overheidsvertegenwoordigers het éénkindbeleid niet implementeren.

De laagste overheidslaag in dorpen is verantwoordelijk voor de naleving van het éénkindbeleid. Deze village cadres zijn overheidsvertegenwoordigers, maar maken ook deel uit van de samenleving waar zij wonen, en zijn vaak al dan niet via-via verwant aan de meeste dorpelingen. Het strikt naleven van de eenkindpolitiek vergt vergaande maatregelen, zoals gedwongen abortussen in een vergevorderd stadium van een zwangerschap. Dit heeft een zware impact op de sociale cohesie binnen een kleine dorpsgemeenschap; het gaat heel ver om je buurvrouw, nicht of iemand waar je mee op school hebt gezeten te dwingen een abortus te ondergaan. Het niet-registreren van kinderen die buiten het beleid geboren worden is veel minder ingrijpend, en komt daarom volgens de auteurs veel vaker voor.

In deze studie komen alle betrokken partijen aan het woord. Verloskundigen en ouders, maar ook de meisjes die buiten het beleid geboren zijn. Kennedy en Shi laten verschillende overheidsfunctionarissen aan het woord die zelf meerdere kinderen hebben. De verhalen van deze betrokkenen illustreren hun stelling; dat het niet geboren laten worden van 20 miljoen vrouwen té vergaand is om daadwerkelijk gebeurd te zijn.

De verdwenen levens van China’s eenkindpolitiek

Mari Mannimen is een Finse journalist, die van 2013-2017 vanuit Beijing schreef over de snel veranderende Chinese samenleving. Toen ze door Finse vrienden werd gevraagd om mee te gaan bij het ophalen van hun adoptiedochter uit Nanning, werd Manninen’s interesse in de eenkindpolitiek gewekt. ‘Secrets and Siblings’ is haar verslag van de impact van het beleid, in brede zin. In ieder hoofdstuk lezen we mee met interviews die Manninen houdt met mensen die op enige manier met de gevolgen van de eenkinpolitiek te maken hebben.

Het eerste hoofdstuk ontmoeten we mevrouw Wang, die haar derde zwangerschap onder druk van de lokale autoriteiten beëindigde. Haar was beloofd dat haar eerste twee kinderen een hukou registratie zouden krijgen als zij de derde zwangerschap aborteerde. Toen de toegezegde hukou inschrijvingen na de abortus uitbleven, kreeg mevrouw Wang uit protest nog vijf kinderen. Voor haar was dit de enige manier waarop zij, als ongeschoolde vrouw, kon rebelleren tegen het systeem.

Maar we leren ook de andere kant van het beleid kennen. Het tweede hoofdstuk komt hard binnen; het verhaal van een vrouw waarvan de gedwongen abortus mislukte – de acht maanden oude baby werd na een injectie niet dood maar levend geboren, waarop de arts haar direct in een emmer water gooide. Deze verschrikkelijke gebeurtenis de moeder nooit meer helemaal te boven gekomen.

We lezen mee met het wel en wee van een geadopteerde die haar roots zoekt, en horen van een verloskundige hoe zij het beleid actief uitvoerde. We leren een vader kennen die een Vietnamese bruid kocht voor zijn zoon, omdat deze door de scheve sekseverhouding zelf geen vrouw kon vinden, en lezen hoe mevrouw Guo op 56-jarige leeftijd een tweeling kreeg, omdat haar eerste dochter op 25-jarige leeftijd verongelukte. Manninen heeft duidelijk mensen gezocht die vanuit alle mogelijke vormen met de gevolgen van het beleid te maken hebben, en geeft ieder van hen één hoofdstuk. Het is bijzonder hoe eerlijk de meesten van hen hun persoonlijke lotgevallen met haar delen.

Maatschappelijke gevolgen als rode draad

De rode draad door de verschillende interviews heen, zijn de onderliggende gevolgen van het beleid. We leren wat het voor de zeven kinderen van mevrouw Wang uit hoofdstuk 1 betekent om registratieloos te leven in een Chinese stad. Enig kinderen vertellen hoe groot de druk is die zij ervaren om te slagen in de maatschappij. We lezen hoe de huidige generatie zo gewend is geraakt aan één kind, dat ze de tweede vaak niet willen – ook niet nu dat onder de tweekindpolitiek wel is toegestaan.

Het is knap hoe Manninen vanuit de interviews de hedendaagse Chinese samenleving weet te schetsen. Waar nodig geeft ze uitleg over de maatschappelijke context, waaronder het hukou-systeem en de grote verschillen tussen stad en platteland. Maar ze ontkracht ook een aantal veelgehoorde aannames, waaronder de traditionele voorliefde voor mannelijk nageslacht. Net zoals Kennedy en Shi onderstreept Manninen dat in de loop van de jaren 90 de meeste Chinese ouders een voorkeur voor twee kinderen kregen; een jongen en een meisje.

Secrets and Siblings is een uitstekend boek om te lezen wanneer je nog niet heel bekend met de Chinese maatschappij, en interesse hebt in de gevolgen van de eenkindpolitiek. Maar ook wanneer je al wat bekender bent met China als samenleving, biedt dit boek genoeg interessants. De verschillende invalshoeken en persoonlijke benadering maken dat het boek uiterst prettig weg leest.

 

Lost and Found – The “Missing Girls” in Rural China, John James Kennedy and Yaojiang Shi, Oxford University Press juli 2019, paperback €20, ISBN: 9780190917432.

Secrets and Siblings – The Vanished Lives of China’s One Child Policy, Mari Manninen, ZED Books november 2019, paperback €17,99, ISBN 9781786997333.